|
|
Geschiedenis* De Turkse Angora is een heel oud ras. Al in de achtste en negende eeuw wordt er melding gemaakt van verschillende langhaar rassen in de regio Zuid-Rusland, Turkije en Perzië. In het begin van de jaren 50 is het ras herondekt door Amerikaanse en Europese fokkers, nadat het na de Tweede Wereldoorlog bijna uitgestorven was. Naar de oudste afstamming van de Turkse Angora en die van de huiskat in het algemeen wordt nog steeds min of meer gegist. Waarschijnlijk stamt de Angora af van de Afrikaanse wilde of gele kat.(Felis sylvestris libica, Forster 1780) en/of de Ethiopische gele boskat. (Felis sylvestris ocreata, Gmelin 1791). Van enige invloed door kruisingen met de Europese boskat (Felis sylvestris sylvestris, Schreber 1777) is nauwelijks of geen sprake geweest, waardoor een gematigd oosters type behouden is gebleven. Het onstaan van de (half)lange vacht is waarschijnlijk te danken aan vermenging met de Felis sylvestris caucasis, een wilde kat met een lange vacht, die voorkwam in de regio Zuid-Rusland, Turkije en Perzië, het huidige Iran. Pas in het begin van de 17e eeuw is de Turkse Angora in Europa geïntroduceerd. De italiaanse ontdekkingsreiziger Pietro della Valle nam enkele exemplaren mee naar zijn land, vanwaar het ras zich over Europa verspreidde. Nadat de Angora had bijgedragen aan het ontstaan van de Pers, aan wie hij het gen voor lang haar had overgedragen, verdween het ras bijna door het succes van diezelfde Pers. Zoals gezegd was het ras na de Tweede Wereldoorlog bijna uitgestorven en hebben we het aan toenmalige Amerikaanse en Europese fokkers, die Turkse Angora’s uit Turkije importeerden, te danken dat de huidige Turkse Angora bestaat. De eerste registratie vond plaats door de CFA in 1970 en het ras werd erkend in 1977. Erkenning door de FIFe vond pas plaats in 1988. * naar Michel Knubben Winter |